Dromen

Huilend lig ik op mijn bed. Mijn moeder is dood. Het verdriet verscheurt me en overspoelt me. Nooit zou ik me weer goed voelen.
Ik ben jong, veel jonger dan ik nu ben en veel jonger dan ik was toen mijn moeder stierf.
Ik droom.
Een droom waarin ik verdriet voel dat nog erger lijkt dan het verdriet toen mijn moeder werkelijk gestorven was. In de werkelijkheid van toen heb ik me zeven maanden kunnen voor bereiden op haar dood maar in deze droom is zij plots gestorven. Ik lig te huilen en te jammeren op mijn bed en word wakker. Ik huil niet.

In mijn volgende droom ben ik op reis met S, een jonge vrouw waar ik een aantal jaren geleden contact mee had, zij is een bijzondere vrouw die mijn hart beroerde, nu is ze in mijn droom, zij en een mij onbekende jonge man en S heeft een aantal kinderen die verschijnen en verdwijnen.
We gaan met de trein, ik geloof ik dat we naar Engeland gaan, met de boot vanaf Hoek van Holland.
We zijn op een station waar nergens staat waar we heen moeten om een kaartje te kopen en van waar de trein vertrekt. Ik ga op zoek.
En vind het niet.
Ik ben daar en weer ergens ander achter, ik ben in een aantal leuke winkels maar moet daar gammele trappen op om weer op het station te komen.
Ik probeer S te bellen maar heb vele namen met een S in mijn telefoon en vind haar niet. Een meisje onderweg weet wie ik zoek en zegt me dat ze haar vooraan heeft zien staan.
Ik ben weer terug bij het station, het is vol met mensen en ik zie S er niet tussen.





Plaats een reactie